Met een heel late goal won Nederland de openingswedstrijd van het WK. Een mooie uitslag, maar hij gaf journalisten ook te denken over waarom Nederland niet helemaal zichzelf was. In deze les vergelijk je twee wedstrijdverslagen met elkaar. Je kiest deze teksten zelf uit.
Woordenschat
zie opdracht
Leerdoel
▢ Ik kan de hoofdgedachte van een tekst kort noteren
▢ Ik kan de kenmerken van teksten vergelijken
▢ Ik herken vormen van beeldspraak
Opdracht
Zoek in twee dagbladen een wedstrijdverslag Nieuw-Zeeland - Nederland. Lees de teksten en beantwoord daarna de vragen.
1. Vergelijk de hoofdgedachte van tekst 1 en 2. Ook al zijn verschillen misschien klein, kom toch tot een vergelijking.
2. Wat zijn opvallende tekstkenmerken die je bij beide teksten ziet?
3. Noteer de voor jou nieuwe woorden in de tekst en schrijf er de betekenis bij.
4. Geef een verklaring waarom je in sportjournalistiek vaak beeldspraak tegenkomt.
5. Geef drie voorbeelden van beeldspraak uit jouw twee teksten.
6. Vergelijk jouw drie beeldspraken met die van een klasgenoot. Welke belangrijke kenmerken van beeldspraak zien jullie in jullie voorbeelden? Noteer ze.