Kun je leven maken uit iets dat levenloos is? Deze vraag staat centraal in een baanbrekend onderzoek geleid door natuurkundige Cees Dekker, die samen met zijn team 40 miljoen euro heeft gekregen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek. In de talkshow Op1 besprak Dekker en onderzoeker Lotte Asveld de wetenschappelijke en ethische aspecten van dit ambitieuze project.
Bekijk de video NPO op 1 | Aflevering dinsdag 28 mei (vanaf 28:40) of lees de tekst Metro Nieuws | Van iets levenloos leven maken: 'Mijn rol is om voor God te spelen'
Als introductie kun je de volgende video gebruiken: NPO op 1 | Van iets levenloos leven maken: onderzoeker Cees Dekker en zijn team denken dat het mogelijk is
Leerdoel
Je kunt uitleggen wat het concept van het creëren van leven uit levenloze materie inhoudt en voorbeelden geven van vragen die het onderzoek oproept.
Woordenschat
ethiek, biotechnologie, premierskandidaat, toekomstkwestie, moleculen, cel, fundamenteel, maatschappelijke consequenties
Vragen
1. Wat is de centrale vraag van het onderzoek van Cees Dekker en zijn team?
2. Wat is het doel van het onderzoek van Cees Dekker en zijn team?
3. Hoe beschrijft Cees Dekker de complexiteit van leven en de rol van moleculen in levende cellen?
4. Wat hoopt het onderzoeksteam te bereiken met het vullen van een nepcel met moleculen?
5. Hoe lang gaat het onderzoek naar het creëren van leven uit levenloze materie duren?
6. Wat is de rol van Lotte Asveld in het onderzoeksteam?
7. Welke uitdaging wordt door Cees Dekker omschreven als "een van de allergrootste mysteries van de wetenschap"?
8. Waarom vindt Cees Dekker het onderzoek van meer dan 2 euro per Nederlander waard?
9. Wat is de fundamentele nieuwsgierigheid die het onderzoek van Cees Dekker drijft?
10. Hoe reageert Cees Dekker op de ethische bezwaren die door sommige christenen worden geuit met betrekking tot het scheppen van leven?
Opdrachten
1. One minute paper - Schrijf gedurende één minuut op wat je hebt onthouden van de bron. Vergelijk daarna jouw paper met dat van een of meer anderen.
2. Perspectief innemen - Reageer vanuit een bepaald perspectief op de inhoud van de bron. Kies uit: wit (feitelijk), rood (vanuit gevoel), groen (vanuit mogelijkheden), zwart (als advocaat van de duivel), geel (vanuit optimisme) of blauw (gericht op reflectie en overzicht).
3. Cartoon - Vat de bron samen in de vorm van een cartoon.
4. Met andere woorden - Bedenk vier woorden die niet met het onderwerp van de bron te maken hebben. Wissel ze uit met een klasgenoot. Leg met de gekregen woorden kort de kern van de bron uit.
5. Betoog - Vat de bron samen door een kort betoog te schrijven. Bedenk een stelling over het onderwerp. Onderbouw daarna jouw stelling door de volgende opbouw te gebruiken: stelling - argumenten vóór - argumenten die je tegen jouw stelling en argumenten in kunt brengen - weerlegging daarvan - een krachtige slotzin.